Nog meer moois in Tasmanie

17 april 2016 - Tasman Island, Australië

Wat het mooiste was van dit huis waar we nu vier dagen verbleven was de locatie. Op nog geen honderd meter aan de overkant van de straat was namelijk het strand. Seven Mile Beach. Na het ontbijt gingen wij er voor het eerst samen een kijkje nemen. Sjoerd was er al eerder geweest toen hij was gaan rennen. Onderweg op het strandpad hoorde we al de golven. Inderdaad wat een geweldig strand is dit. Ja het uitzicht over de bergen is schitterend en het zand is zacht en heeft joekels van schelpen. Echt hele mooie. Maar ik was vooral opslag verliefd op het geluid van de golven. Het klonk als zo’n heerlijk mooie donderwolk. Zoals we ook in Kuala Lumpur even hadden toen we op de 45e verdieping hoog en droog zaten terwijl het buiten donderde en bliksemde maar wij het mooiste uitzicht hadden. Nu geen vuiltje in de lucht te bekennen maar echt van de knallers waar geen knalvuurwerk tegenop kan. Vanuit de kamer van Frank en Jennifer ’s kon je ze ‘s nachts nog horen. Ik kon er uren naar luisteren. Geweldig. Eenmaal in de auto gingen we richting Port Arthur. Toen we bij een stukje toepasselijk genaamd Eaglehawk Neck (want zo ziet het er ook uit op de plattegrond) kwamen, was de zon af en toe achter de wolken. Het maakte voor het uitzicht en de foto’s echt wel een wereld van verschil maar ondanks dat we het dan niet vastgelegd kregen zagen we wel hoe mooi het kon zijn vanaf dat punt. Je had namelijk uitzicht op het stuk waar de Tasman Arch, Devils Kitchen en Blow Hole bevinden. We reden naar de andere kant van de kust en passeerden een klein wijkje waar ze zich nogal hadden uitgeleefd op de huizenbordjes. Alles was in het thema van het woord Doo. Zaten hele simpele (zoals Just Doo it) maar ook leuke bij (ben ik uiteraard vergeten) maar ook geen foto’s van genomen dus zal terug moeten om het te achterhalen. Eenmaal op de bestemming aangekomen maakten we daar een paar schitterende wandelingen. Wat vaak het geval is met zo’n natuur verschijnsel is dat je af en toe een enorm gave golf meekrijgt, dan denk je daar pak ik mijn camera voor, maar dan zal je zien, blijft die ene uitzondering weg. Dan werkt het echt verslavend want dan wil je het gewoon nog een keer zien, maar eigenlijk moet je gewoon blij zijn dat je het uberhaupt bij toeval had meegekregen. En je moet de mensen thuis maar zien te overtuigen dat het in het echt nog duizend maal mooier is dan op de foto’s. Want echt dat is het. Echt waar. Nee echt!  Jen en Frank wilden bij de laatste grote wandeling niet helemaal meer tot het einde en bleven met Marieke bij een van de vele mooie uitkijkpunten terwijl ze haar een lekker yoghurtje voerden, wij haalden ze op de terugweg al weer in, dus dat liep ook allemaal super soepel. Sowieso is het zo heerlijk zoals Sjoerd lekker met zijn meisje kan optrekken. Ze zijn zo’n leuk duo en het feit dat ie voorlopig niet naar zijn werk hoeft maar gewoon met ons kan zijn is echt geweldig. Na deze kleine omweg te hebben gemaakt vervolgden we weer de weg naar het zuiden. Naar Port Arthur. Een dorpje dat nog heel veel originele gebouwen, kerken, huisjes en andere details van nou heel oud in ieder geval. Ze hebben daar een grote muur om gebouwd en je moet nu toegang betalen om al die oude dingen te zien. Ergens wisten we dat wel maar op een of andere manier hadden wij toch gehoopt dat de prijs zou meevallen maar dat was niet het geval en omdat het al vrij laat in de middag was vonden we dat het niet waard en deden we in plaats daarvan een kopje warme choco drinken. Na ons korte uitje reden we weer verder en toen we net op weg waren konden we vanuit een bepaald punt langs de weg toch nog een glimp van het dorp vangen. Dus wij uit de auto en natuurlijk toch nog foto’s gemaakt met Port Arthur op de achtergrond. Gratis. Nu komen wij misschien een beetje over als gierige hollanders, maar ik denk dat we dat waarschijnlijk ook wel zijn. J We besloten nog een stukje zuiderlijker te rijden want Sjoerd had nog over een remarkable cave gelezen die hij van dichtbij wilde zien.  Hoe remarkable kan een cave zijn dacht Frank, maar we zijn er nu toch, dus lief als hij is reed hij alle verzoekjes af. Onderweg kwamen we nog bij een super gaaf strand waarvan ik de naam niet meer van weet met hele gave golven die op zo mooi op de rotsen spatte. Echt fantastich. En je moest blijven opletten om niet een golf over je heen te krijgen want je was op het droge echt niet zomaar veilig. Bij de remarkable cave stond een touring bus en het idee dat het dus deel uit maakt van zo’n dagtocht, gaf wel al de nodige vertrouwen. We liepen met Frank naar de grot en terwijl wij veilig op de brug liepen, liep de grot net vol door een overvloed van water. Zo mooi om te zien. En nee natuurlijk daarna niet meer zo’n knaller op de camera vast kunnen leggen. Maar zelfs Frank was zo onder de indruk dat hij zelf op een foto met de grot wilde. Dat zegt echt wel wat. Sjoerd klom naar beneden om op een rots te staan en toen een Japans vrouwtje dat zag wilde ze ook. Sjoerd hielp haar naar beneden maar bekende mij later dat het een stuk lastiger was om weer naar boven te klimmen. Maar ach we hebben het nieuws in de gaten gehouden. Er werd niets gezegd over een Japanse vrouw die bij remarkable cave vast kwam te zitten dus het is vast goed gekomen. Om niet via dezelfde weg naar Port Arthur terug te rijden gingen we met een rondje naar White Beach. Was nog best een gedoe om dat te vinden. Voor de chauffeur en de bijrijder dan (vanaf de achterbank was de afslag wel goed te zien, maar ach geen zin om mee te kibbelen. De kaart zou volgens de voorbank ook niet kloppen (deed ie uiteraard wel). Het was inmiddels al avond aan het worden en omdat we al zo veel stops hadden gemaakt bleef ik bij Jen en slapende Marieke in de auto zitten. Niet veel later kwam Sjoerd mij halen, want ik moest dit strand toch komen bekijken. Eerlijk is eerlijk, het was inderdaad ook weer een schitterend strand. Frank maakte nog wat foto’s van ons – ik springend in Sjoerds armen, Sjoerd in de mijne - en toen we wegreden zag het er zo krankzinnig mooi uit met de zonsondergang dat ik achteraf baalde daar niet een foto van te hebben gemaakt, want dit was echt de mooiste zonsondergang. Maar helaas ik moet het met de duizend andere foto’s doen.

Foto’s